In juni gaan we ieder jaar met vrienden een week op fietsvakantie. Dit jaar staan de Dolomieten in Italië op het programma en onze standplaats is het Olympische dorp Cortina d’Ampezzo aan de voet van de Passo di Giau. We rijden onder andere de Dolomietenmarathon en de Zoncolan. Eén dag maken we een uitstapje naar de Oostenrijkse Dolomieten wat ook echt een aanrader, loeizwaar en prachtig is!
Overzicht van de week
Dag 1: Passo Tre Croci & Rifugio Auronzo (48,6km – 1569hm)
Dag 2: Maratona dles Dolomites (143,4km – 4149hm)
Dag 3+4: Rustdag door pijnlijke knie
Dag 5: Zoncolan (61,2km – 1625hm)
Dag 6: Dolomitenhütte, Hochsteinhütte, Zettersfeld (88km – 3710hm)
Dag 7: Plan de Corones/Kronplatz, Furkelpass & Passo delle Erbe (69,4km – 2280hm)
Totaal: 411km & 13.333hm, wat er op de kaart als volgt uitziet:

Dag 1: Passo Tre Croci & Rifugio Auronzo (48,6km – 1569hm)
Ritinfo

Link naar Strava activiteit.
Naam beklimming | Lengte | Gem % | Aantal hm | Hoogte top |
Passo Tre Croci | 7,9km | 7,3% | 579 | 1805m |
Rifugio Auronzo | 7,4km | 8,1% | 601 | 2357m |
Verslag rit
Na een lange rit met de nodige files komen we laat in de middag aan in Cortina d’Ampezzo. We haasten ons snel de fiets op om toch nog wat kilometers te maken. Vanuit Cortina fietsen we de Passo Tre Croci op. Dit is een lekker lopende klim door het bos en voor we het door hebben zijn we boven. De rest vindt het mooi geweest en gaat terug naar het appartement. Ikzelf wil Rifugio Auronzo nog even meepakken en besluit door te fietsen.

Rifugio Auronzo kent in de laatste 4km (die doodlopen, behalve als je offroad verder gaat) een gemiddeld stijgingspercentage van 12% in een werkelijk waar prachtig decor, waarbij je een prachtig uitzicht hebt op het bergmassief Tre Cime di Lavaredo (Drei Zinnen op z’n Duits-Italiaans).De giro is hier een paar keer gefinisht en dat kan ik me goed voorstellen want het is een visitekaartje voor de regio.
Voordat de klim begint fiets je langs het schone Misurina meer. Hier zit gezellige horeca en hier kun je dus ook prima stoppen om wat te eten of te drinken. Tijdens de Olympische Winterspelen van 1956 werden hier de schaatswedstrijden gehouden. Na het meer loopt de weg ruim een kilometer omhoog om vervolgens weer makkelijk door te fietsen naar het tolstation waar het echte feest kan beginnen. De laatste kilometers zijn loodzwaar maar het uitzicht is echt supermooi. Deze klim is echt een aanrader als je hier in de buurt zit! Als ik ploeterend boven kom geniet ik van het uitzicht, maak wat foto’s en fiets terug!




Dag 2: Maratona dles Dolomites (143,4km – 4149hm)
Ritinfo

Link naar Strava activiteit.
Naam beklimming | Lengte | Gem % | Aantal hm | Hoogte top |
Passo di Falzarego / Passo di Valparola | 17,1km | 5,8% | 993 | 2192m |
Passo Campolongo (2x) | 6km | 5,9% | 351 | 1875m |
Passo Pordoi | 9,5km | 6,9% | 659 | 2239m |
Passo di Sella | 6,5km | 7,8% | 504 | 2244m |
Passo di Gardena | 6km | 4,4% | 266 | 2121m |
Passo di Giau | 9,5km | 9,5% | 901 | 2236m |
Verslag rit
Vandaag staat de Dolomietenmarathon op het programma. Althans, niet het officiële evenement, maar we gaan dezelfde route fietsen in een net iets andere volgorde. De sfeer is wat anders, maar eigenlijk bevalt ons dit best goed omdat je je eigen dag in kan delen en het minder hectisch is. Vanuit ons appartement is het een kleine 5km klimmen op de Passo di Falzarego/Giau voordat we bij het meest oostelijke puntje van het parcours van de Dolomietenmarathon zijn.
Op het punt waar de weg splitst (links naar de Giau en rechts naar de Falzarego/Valparola zitten we op het officiële parcours. De Falzarego is een echte loper en fijn om de benen warm te krijgen. Eenmaal boven op de Falzarego is het ruim 2km doorklimmen naar de Valparola pas. Deze krijg je er bijna gratis bij! Als je ervoor kiest om af te slaan op de Falzarego kun je afdalen naar de voet van de Passo di Giau. We dalen vervolgens af richting La Villa waar de wedstrijd normaalgesproken officieel start. De afdaling kent erg mooie uitzichten en rolt heerlijk. Onderweg vullen we onze bidons voor het eerst bij en beginnen we in Corvara in Badia aan het beroemde rondje om het Sella massief.

In het Sella rondje (50km) volgen de beklimmingen elkaar snel op en het is eigenlijk continu een km of 6 omhoog (met uitzondering van de Pordoi welke 9,5km is) en vervolgens weer omlaag door een schitterende omgeving over goed onderhouden wegen. Deze afwisseling zorgt ervoor dat je niet al te veel verzuurt en zo nu en dan kunt uitrusten in de afdaling. Een goede combi als je het mij vraagt en de kilometers vliegen voorbij. Na 85 kilometer komen we weer aan in Corvara in Badia. We vullen de bidons weer bij en rijden de Campolongo voor de tweede keer op. Op de top werken we ons laatste reepje naar binnen. Aangezien we nog 45km moeten, waarvan 10km a 10% stoppen we bij een bakker en slaan 2 flinke koeken in.

Na een paar kleine stukjes op en af starten we aan de laatste klim van de dag. Overigens niet de minste, want deze 10 kilometer van de Passo di Giau gaan met 9,5% gemiddeld omhoog. Na 7 uur onderweg te zijn, zijn de benen niet meer op z’n best en we besluiten op eigen tempo omhoog te fietsen. Ook heb ik ondertussen nog maar een halve koek over voor het komende uur naar de top. Dat dit te weinig is in deze hitte kom ik snel achter. Vanaf het begin van de klim gaat het erg moeizaam. De laatste 3 kilometer ben ik helemaal leeg en is het knokken naar de top. De gemiddelde snelheid van 7,3km/h in de laatste kilometers zeggen genoeg (blijkt achteraf op Strava). Wonderbaarlijk en wel red ik het en ik weet niet hoe snel ik het restaurantje op de top binnen moet komen om hier een blikje cola en 2 snickers naar binnen te werken. Even bijkomen en als ik me weer wat beter voel daal ik 15km af naar het appartement. Toch maar mooi gedaan en al met al was het een heerlijke dag in het zadel door een werkelijk waar prachtige omgeving met top weer!





Dag 3+4: Rustdag
Na gisteren doet mijn knie wat pijn en dat merk ik na een paar kilometer klimmen dus besluit ik terug te gaan. Na een dag bankhangen en wachten tot de rest terugkomt, nemen we op dag 4 met z’n allen een rustdag en gaan chillen bij het meer van Misurina. We wandelen rond het meer, slaan een handdoekje uit en drinken bier en eten pizza op het terras. Goed te doen dus en de knie voelt weer beter!
Dag 5: Zoncolan (61,2km – 1625hm)
Ritinfo

Link naar Strava activiteit.
Naam beklimming | Lengte | Gem % | Aantal hm | Hoogte top |
Monte Zoncolan | 9,9km | 12,1% | 1201 | 1734m |
Verslag rit
Na twee rustdagen is het weer tijd om te fietsen en waar kun je je knie nu beter testen dan op de Zoncolan ;). In anderhalf uur rijden we van Cortina naar Ovaro waar de Zoncolan begint. Als je zin hebt in een flinke rit kun je ook na 95km fietsen op de top staan en weer terugrijden, maar wij besluiten vanuit Ovaro de Zoncolan op te rijden, aan de achterkant af te dalen en door de dalen er een ronde van te maken.
Eenmaal op de fiets rijden we eerst een kilometer door het dal en vervolgens terug om nog enigszins opgewarmd te raken. Om aan deze extreme en mythische col volledig koud te beginnen is niet heel verstandig, al kun je de eerste 2 kilometer ook nog “opwarmen” tegen gemiddeld 8%. De Zoncolan stijgt in 10km ruim 1200 meter wat al heftig klinkt. Maar als je naar het profielkaartje kijkt, dan zie je dat de middelste 5km extreem zijn. Deze stijgen namelijk met 15,4%!!! Mamma Mia, dit wordt voor mij de zwaarste klim tot op heden gereden. Dat kan ook bijna niet anders, omdat het überhaupt één van de zwaarste beklimmingen is die er bestaan.
Met een beetje angst, maar toch ook heel veel zin, starten we aan de eerste kilometers, wetende wat er gaat komen. We zijn vandaag met z’n tweeën. De rest had vriendelijk bedankt bij het zien van het profielkaartje. Om extra angst in te boezemen hangt er aan het begin van de klim een spandoek met in het Italiaans “De poort naar de hel”. Dat belooft niet veel goeds. Na de eerste 2km vlakt de klim een paar honderd meter af voordat het brute geweld begint. We spreken af op eigen tempo omhoog te rijden. Eenmaal op het steile stuk begint direct het harken. Kruipend fiets ik van bocht tot bocht en het gaat erg langzaam. Gelukkig is de klim beschut door bomen en is het nog vroeg, waardoor de temperatuur meevalt. Wat wel tof is, is dat er iedere 500 meter een bord langs de weg staat met een wielerheld van weleer. Dit geeft toch een klein beetje afleiding. Mijn lichtste verzet 34×25 is overigens ook niet echt geschikt voor dit werk en ik zou willen dat ik een tandje of 5 lichter kon schakelen, maar helaas. Met name op de stukken die oplopen boven de 20% is het flink doorstoempen.
Na 8 kilometer en een uur onderweg, heb ik al meer dan 1000 hoogtemeters op mijn Garmin staan. Zonder een voetje aan de grond te zetten volbreng ik de steile hel en kan ik uitrusten op een kilometer 8% die aanvoelt als vlak. Richting de top is de klim meer open en volgt een tunnel. Ik groet Pantani en Merckx en ben blij dat ik bijna boven ben. Het laatste stuk is ook nog aardig steil, maar de top lonkt en ik ben blij en opgelucht tegelijk als ik boven ben. Ik eet even iets en daal een paar kilometer af om Thomas op te pikken en fiets met hem omhoog.

Eenmaal boven zijn we heel blij deze supervette klim af te kunnen vinken. We krijgen applaus van een motard en dalen vervolgens aan de andere kant af richting Sutrio. De eerste paar kilometer zijn steil en de weg is er ook wat smaller. We dalen rustig af en toch mis ik bijna een bocht. Wat verder naar beneden zijn de percentages wat prettiger om af te dalen en wordt de weg ook breder. Door het dal rijden we vervolgens met de klok mee om de bergtoppen heen over de SS52 en is het verder eenvoudig fietsen. Het zijn wat grotere wegen en daarmee is het niet de fraaiste route. Beter was het misschien om de SP21 te nemen en binnendoor over de kronkelweggetjes een extra klim mee te pikken. Maar ach, we hebben de Zoncolan gereden, dus onze dag kan niet meer stuk!




Dag 6: Dolomitenhütte, Hochsteinhütte, Zettersfeld (88km – 3710hm)
Ritinfo

Link naar Strava activiteit.
Naam beklimming | Lengte | Gem % | Aantal hm | Hoogte top |
Dolomitenhütte | 7,6km | 12,6% | 958 | 1620m |
Hochsteinhütte | 12,3km | 10,8% | 1327 | 2025m |
Zettersfeld | 10,1km | 11,7% | 1192 | 1861m |
Verslag rit
De namen van de beklimmingen en het gebied zelf zijn misschien wat minder bekend, maar in het Oostenrijkse deel van de Dolomieten rondom Lienz kun je echt prachtig fietsen. Vandaag staan er 3 pittige kuitenbijters op het programma wat ook wel blijkt uit de 3700hm in slechts 88km. De 3 beklimmingen samen zijn 30 kilometer klimmen tegen 11,2% gemiddeld. Pittige kost dus.
We parkeren onze auto vlakbij Lienz na een uur en een kwartier te hebben gereden. We rijden eerst richting de Dolomitenhütte. We komen veel locals tegen in klederdracht en blijkbaar is het Sacramentsdag, een nationale feestdag. Richting de eerste klim komen we een paar profrenners tegen van Trek, maar wie het zijn zien we niet (ook niet achteraf op Strava). De Dolomitenhütte voert (zoals de naam het al zegt naar een berghut. Je fietst hierbij grotendeels door een bos met de aankomst op een parkeerplaats waar het verrassend druk is. Op weg naar boven rijdt er continu een man op een elektrische mountainbike achter me en mijn doel op deze klim is deze voor te blijven. Dat lukt en moe maar voldaan kom ik boven. Omdat het de eerste beklimming van de dag was ging het vrij soepel, maar het is toch 7,5km behoorlijk aanpoten. In de afdaling is het opletten op de schuine afwateringsgoten in het wegdek. Het nadeel van steile beklimmingen is dat ze vaak niet over de breedste en strakke wegen liggen en dat het bij een bochtig parcours veel remmen is. Zeker met velgremmen moet je dan oppassen dat het niet allemaal te heet wordt.

Eenmaal beneden fietsen we door het dal en gaan we op weg naar de volgende hut. Het eerste deel van de Hochsteinhütte gaat vanuit Leisach over een mooie brede weg naar het dorpje Bannberg. Hier vlakt de klim even af om vervolgens over een smaller pad (met prima asfalt) verder te gaan. Hier wordt (en blijft) de klim ook een stuk steiler tot de top. Onderweg passeer ik een tolstation, maar op de fiets mag je gratis naar boven. Als je Bannberg uitfietst heb je een prachtig uitzicht op de omliggende bergmassieven aan de andere kant van het dal. Op weg naar boven kom ik een enkele fietser en een auto tegen. Bovenop vul ik bij een fonteintje mijn bidons bij, wat hard nodig is en begin ik aan de afdaling over dezelfde weg terug. Tot aan Bannberg wederom een afdaling met veel remmen, omdat je al snel teveel snelheid maakt en het parcours zich daar niet voor leent. Na 4km zit ik langs de weg mijn band te vervangen. Vanaf Bannberg kan het gas lekker open omdat de weg daar heerlijk breed is en gaan we halen we de 84km/h.

Op weg naar klim nr.3 van de dag passeren we wederom Lienz en stoppen daar om op het terras wat te eten. Na deze nodige pauze zetten we onze tocht voort naar Zettersfeld. Dit is een wintersportgebied en er lopen 2 verschillende wegen vanuit Lienz naartoe, dus hier kun je een ronde van maken. Uiteraard hoort bij een dag als vandaag de zwaarste variant en dat is Zettersfeld. Het profiel kaartje vertekent wat, omdat de laatste kilometer met 4,5% afdaalt. Vreemd voor een klim natuurlijk, dus de top ligt gewoon een kilometer eerder en daarmee is het gemiddelde stijgingspercentage 11,7% ipv 10,8%. De andere klim heet Faschingalm en willen we op weg naar beneden pakken. Deze klim is overigens ook niet misselijk met 9,6km tegen 10.4%.
De eerste twee kilometer zijn nog goed te doen, maar daarna steigt het serieus en zie ik op mijn Garmin een heel lang stuk enkel percentages boven de 14%. Jaap met wie ik vandaag op pad ben vind het mooi geweest en geeft aan om te draaien en beneden op me te wachten. Ongelijk kan ik hem niet geven na de twee eerdere beklimmingen van vandaag. Het is wel erg veel en erg steil allemaal hier. Hoe steiler hoe “leuker” geldt voor mij, dus ik fiets door naar boven. Het is een hele mooie rustige klim met mooie uitzichten over Lienz en het dal. Bovenop kom ik aan op een parkeerplaats en op aanraden van de Fiets klimmersgids rijd ik een stukje omlaag (niet steil) en onverhard naar de top van de Faschingalm. Dit stuk offroad kent wat hekken waar je even af moet stappen, maar wel zo leuk om over een andere weg af te dalen natuurlijk. Terug beneden in Lienz besluiten we de dag met McDonalds, want dat hebben we wel verdiend!



Dag 7: Plan de Corones/Kronplatz, Furkelpass & Passo delle Erbe (69,4km – 2280hm)
Ritinfo

Link naar Strava activiteit.
Naam beklimming | Lengte | Gem % | Aantal hm | Hoogte top |
Plan de Corones / Kronplatz | 16,8km | 7,5% | 1268 | 2273m |
Furkelpass | 12km | 6,2% | 752 | 1756m |
Passo delle Erbe | 14,0km | 7,2% | 1102 | 2304m |
Verslag rit
Vanuit Zwischenwasser/Longega start ik met de Furkelpass die eigenlijk exact hetzelfde is tot de start van de Kronplatz en vanaf daar over de verharde weg nog een paar honderd meter doorloopt. Anders gezegd, als je Plan de Corones fietst, krijg je met een paar honderd meter de Furkelpass er cadeau bij. Vreemd dat de percentages op het profielkaartje afwijken, want het is toch echt dezelfde weg. Eenmaal aangekomen op de Furkelpass draai ik om en is het even zoeken naar de weg die verder gaat naar Plan de Corones. Vanaf hier is het 5,2 kilometer klimmen naar het skioord. Over, owja, onverharde wegen met stijgingspercentages die tegen het eind oplopen tot ruim boven de 20%.
In 2008 en 2010 heeft de giro hier een klimtijdrit gehouden die gewonnen zijn door respectievelijk Pelizotti en Garzelli. Ongetwijfeld was de weg toen wat beter geprepareerd. Nu lag het grove grind soms wel erg los en dat is op een racefiets niet heel lekker fietsen. Zeker niet naar beneden. De eerste paar kilometer zijn pittig en de ondergrond helpt hier niet bij. Met diverse haarspeldbochten slinger je omhoog. na 3km vlakt de weg wat af en kun je een beetje op adem komen. Onderweg kom ik enkel wandelaars tegen en geen fietsers. Aangekomen bij de laatste kilometer begint het erg steil op te lopen en toont mijn Garmin snel percentages boven de 20% aan. In een haakse steile bocht schiet mijn wiel weg in het losse grind en moet ik uitklikken. Omdat het hier te stijl is moet ik een stuk omhoog lopen. 100m verder stopt het avontuur want bulldozers en trucks zijn hier bezig met werkzaamheden. Gelukkig maar, want afdalen op een racefiets was hier ook niet echt verantwoord geweest en lopen door het grind is ook niet heel bevorderlijk voor de carbonzolen van mijn schoenen. De afdaling naar de verharde wereld duurt lang. Door het vele remmen is het soms even wachten tot de velgen zijn afgekoeld.


Eenmaal op het asfalt geniet ik van een soepele afdaling terug naar Longega. Hier fiets ik door naar de Passo delle Erbe. Vanuit het Oosten kun je op twee manieren naar de top. De klim start over een brede asfalt weg en gaat na een paar kilometer over een smallere weg verder. Ook deze klim is lastig met continu percentages van 10% of hoger, op een stukje afdaling halverwege na, waardoor het gemiddelde percentage doet vermoeden dat de klim makkelijker is. De benen zijn na een weekje kuitenbijten niet heel fris meer, maar het geeft toch moraal dat het het laatste lijden van de fietsvakantie is. Vijf kilometer voor de top kom ik weer op een grotere weg, waar het druk is met motorrijders. Aangekomen op de top trek ik mijn jasje aan en rijdt via de grote weg naar San Martin de Tor en vanuit daar fiets ik door het dal vals plat naar beneden naar de auto.




Geef een reactie